![]() | Verklarende woordenlijst |
802.11b of 802.11g
802.11b-netwerken kunnen op maximaal 11 Mbits per seconde werken. 802.11g-netwerken werken op maximaal 54 Mbits per seconde. Toegangspoort Een toegangspoort wordt ook wel draadloze router genoemd; hij vormt het hart van het draadloze netwerk en regelt de beveiligingsconfiguratie. Als u een toegangspoort gebruikt, hebt u een infrastructuurnetwerk. Ad-hoc Elk apparaat communiceert rechtstreeks met andere apparaten. Er is geen centrale toegangspoort die de draadloze netwerkcommunicatie beheert. Dit type netwerk wordt ook wel een peer-to-peer draadloos netwerk genoemd. APIPA Automatic Private IP Addressing (APIPA) wordt gebruikt wanneer de netwerkapparaat geen IP-adres van een DHCP-server kan krijgen. ASCII American Standard Code for Information Interchange (ASCII). De numerieke vorm van een teken. De ASCII-code voor de letter A is bijvoorbeeld 65. Verificatiemethode Het type draadloze Verificatie dat op uw netwerk wordt gebruikt. Kanaal. Draadloze netwerken gebruiken kanalen. Elk kanaal gebruikt een andere radiofrequentie binnen een vooraf vastgesteld bereik. Alle draadloze apparaten binnen het draadloze netwerk gebruiken hetzelfde kanaal, tenzij die apparaten zijn aangesloten op andere draadloze toegangspoorten die als een gateway naar het draadloze netwerk fungeren. DHCP Dynamic Host Configuration Protocol. Een DHCP-server wijst IP-adressen aan de netwerkapparaten toe. DSL Digital Subscriber Line (DSL) wordt ook wel ADSL of xDSL genoemd. Een snelle internetverbinding. EAP Extensible Authentication Protocol (EAP) biedt een Verificatieraamwerk voor draadloze en bedrade netwerken. EAP gebruikt een RADIUS-server die gebruikers op corporate netwerken verifieert voordat ze toegang krijgen tot het draadloze of bedrade netwerk. Netwerkkabel (Ethernet-kabel). De kabel waarmee uw apparaat op het bekabelde netwerk wordt aangesloten. Ethernet-kabels hebben RJ45-connectors en de kabel zelf wordt ook wel een straight-through kabel genoemd. Gateway-adres. Met een gateway-adres kan een apparaat met apparaten op andere netwerken communiceren. Meestal hoeft u geen gateway-adres te configureren. HEX. Afkorting voor HEXADECIMAAL, een nummeringsysteem dat de cijfers 0-9 en de letters A-F gebruikt. Infrastructuur Elk apparaat communiceert via een centrale toegangspoort. Dit is het meest algemeen gebruikte netwerktype. IP-adres. Elk apparaat op een netwerk moet een uniek adres gebruiken. Dit adres wordt IP-adres genoemd en wordt handmatig ingevoerd of automatisch toegewezen door een DHCP-server. In TCP/IP-netwerken zijn IP-adressen verplicht. LEAP Lightweight Extensible Authentication Protocol (LEAP). Een Cisco-protocol gebruikt voor 802.1X-Verificatie op draadloze LAN’s. Net als EAP gebruikt LEAP een RADIUS-server die gebruikers op corporate netwerken verifieert voordat ze toegang krijgen tot het draadloze of bedrade netwerk. MAC-adres Een MAC-adres (Media Access Control) is een uniek 12-cijferig nummer dat aan netwerkapparaten wordt toegewezen. Naam van knooppunt Een unieke naam voor een draadloos apparaat. Meestal wordt de knooppuntnaam gebaseerd op het MAC-adres. Signaalsterkte De sterkte van het draadloze signaal tussen uw apparaat en de toegangspoort waarmee u communiceert. Subnetmasker Een IP-adres heeft ook een subnetmasker nodig. Het subnetmasker kan handmatig worden ingevoerd, maar bij gebruik van een DHCP-server wordt het automatisch toegewezen. In TCP/IP-netwerken zijn subnetmaskers verplicht. SSID De Service Set Identifier (SSID) oftewel netwerknaam is de naam die door uw draadloze netwerk wordt gebruikt. Ten behoeve van de veiligheid wordt de SSID-naam op sommige draadloze netwerken niet doorgegeven. Switch Met een switch kunnen diverse netwerkapparaten met elkaar communiceren. TKIP TKIP-sleutels (Temporal Key Integrity Protocol) zijn moeilijk te raden, dus indringers kunnen niet meer profiteren van de zwakke punten in uw beveiliging, veroorzaakt door het gebruik van handmatig toegewezen WEP-sleutels. TKIP-sleutels worden automatisch toegewezen en zijn langer en dus veiliger dan standaard WEP-sleutels. WEP-sleutel Een WEP-sleutel (Wireless Equivalent Protocol) is een algemene draadloze beveiligingsvoorziening die uw draadloze netwerk tegen toevallige luistervinken beveiligt. Een WEP-sleutel wordt ook wel een netwerksleutel genoemd. | |